We leven steeds langer. Daardoor is het aantal mensen met dementie, een ouderdomsziekte, enorm toegenomen. Sinds 1950 is het aantal dementerenden gegroeid van 50.000 naar 290.000 anno 2021. Rond 2050 zullen er ca. 620.000 dementiepatiënten zijn. De dementiezorg heeft zich de afgelopen decennia dan ook sterk ontwikkeld. En dat kun je niet los zien van architectuur en ruimtelijke ontwerp, want er is een onmiskenbare relatie tussen omgeving en gedrag. Wiegerinck heeft op dit vlak inmiddels al veel ervaring opgedaan, in diverse projecten.
Het gedrag van patiënten met een hersenziekte hangt nauw samen met de prikkels en impulsen vanuit hun omgeving. Ze worden eerst zo lang mogelijk thuis verzorgd door hun geliefden en familie. Vaak zijn ze zeer verward, bang en ontredderd tegen de tijd dat ze naar een zorginstelling moeten verhuizen. En daar is niet alleen de kwaliteit van de zorg van belang, maar vooral de kwaliteit van leven. Zeker voor mensen met dementie zijn omgeving en inrichting doorslaggevend voor hun welzijn en houvast.
Wie dementeert, raakt het beeld van zichtzelf en de wereld langzaam kwijt. Maar terwijl de cognitieve functies afbrokkelen blijven de zintuiglijke functies intact. Horen, zien, voelen, ruiken worden het kompas waar een mens met dementie op vaart. Architectuur en ruimtelijke vormgeving kunnen daarbij de juiste begrenzingen aangeven, een geborgen wereld creëren waar angst en stress zoveel mogelijk worden weggenomen. Een wereld die zowel klein als wat ruimer kan zijn.
Kleinschalige woonvormen worden gezien als een belangrijk middel om de levenskwaliteit te vergroten. In een op dementie toegesneden zorgomgeving wordt alles dan intiemer, kleiner en overzichtelijker georganiseerd. Eigenlijk zoveel mogelijk als thuis, zonder grote ruimtes en met herkenbare elementen. Toch valt er ook voor een grootschaliger aanpak veel te zeggen. Met ‘grootschalig’ bedoelen we dan niet onpersoonlijk, maar groot in de zin van ruimte om te bewegen en te ‘vlinderen’, ruimte voor autonomie, voor ontdekken, om jezelf te zijn en om sociaal contact te kunnen hebben.
Als het over dementie gaat hebben we bij Wiegerinck geen uitgesproken voorkeur voor kleinschalige of grootschalige woonomgevingen. Om de eenvoudige reden dat er niet één allesomvattende, ‘beste’ ruimtelijke oplossing bestaat. Daarvoor zijn er simpelweg te veel factoren in het spel, van het individuele ziektebeeld per patiënt tot de facilitaire en bouwkundige mogelijkheden.
Een goed voorbeeld van een geslaagde woonzorgomgeving gericht op dementie is De Klinkenberg in Ede, een project waar we trots op zijn. Kleinschaligheid zit hier ingebed in grootschaligheid. De intimiteit van kleine woongroepen hebben we gekoppeld aan bewegingsruimte. Bewoners kunnen binnen overal in contact komen met medebewoners en kunnen ook veilig naar buiten, om zo de prettige prikkels van de zon en de wind te voelen. In Woonzorgcentrum de Houttuinen in Haarlem creëerden wij o.a. een bioscoopzaal en een als levensecht voelende strandkamer met ligstoelen en warmtelampen, die zelfs de New York Times haalde. In nieuwe projecten op het gebied van dementiezorg werken we samen met onder meer Sensire in Doetinchem.